Koeien terug de alpenweide in tijdens de Almauftrieb
Wanneer de eerste zonnige dagen in Nederland aanbreken gaan de koeien al snel weer dansend de wei in. Boeren openen de staldeuren en duizenden mensen komen kijken naar het spektakel van de ‘koeiendans’. In Oostenrijk kennen ze een vergelijkbare traditie, die misschien nog wel indrukwekkender is: de Almauftrieb.
In Oostenrijk gebeurt het ‘loslaten’ van de koeien later in het jaar, wanneer de sneeuw is gesmolten en de alpenweides weer groen zijn. Dit wordt de Almauftrieb genoemd, de jaarlijkse tocht waarbij boeren hun vee naar hoger gelegen bergweides brengen. Dit gebeurt meestal in mei of juni en is niet zomaar een praktische handeling, maar een belangrijke Oostenrijkse traditie.
Waarom de Almauftrieb zo belangrijk is
De Oostenrijkse veeteelt draait voor een groot deel om kleinschalige boerderijen, waar koeien, geiten en schapen de zomer doorbrengen op alpenweides. Dit zorgt voor een natuurlijke en duurzame vorm van landbouw: de dieren grazen kruidenrijk gras, wat de kwaliteit van de melk verbetert. Dat proef je terug in producten zoals bergkaas en boter.
Voor veel bergboeren is de Almauftrieb een groot moment. De dieren worden soms versierd met bloemenkransen of belletjes, en in sommige regio’s wordt de tocht gevierd met dorpsfeesten, muziek en traditionele klederdracht.
Almabtrieb
De tegenhanger van de Almauftrieb is de Almabtrieb, die in september plaatsvindt. Dan keren de dieren terug naar het dal en worden de koeien, als het een goede zomer was zonder ongelukken, prachtig versierd. Dit is in veel Oostenrijkse dorpen een feestelijke gebeurtenis, waarbij toeristen welkom zijn om mee te genieten van muziek, markten en regionale lekkernijen.
Wil je dit eens meemaken? Dan is de Almabtrieb, met zijn levendige sfeer, misschien wel de mooiste manier om de Oostenrijkse landbouwtraditie van dichtbij te beleven. Maar ook de Almauftrieb is zeker de moeite waard om mee te maken, het is de perfecte aftrap van het zomerseizoen.